Gastblog – Gerrit van Maanen
Dalhem. Onlangs heeft Clemens Roijackers, de drijvende kracht achter het tijdschrift L&S (Letsel en Schade), in het begeleidend schrijven bij zijn digitale rechtspraakoverzicht gewezen op het volgende.
Sinds 2000 worden de uitspraken van de Hoge Raad gepubliceerd op rechtspraak.nl. Voor zijn eerder gedane uitspraken (dus: van voor 2000) zijn wij aangewezen op de jurisprudentiebronnen van Wolters Kluwer. Deze heeft er echter een betaalmuur voorgezet. Dat verdraagt zich niet met het beginsel van de openbaarheid van rechtspraak. Die betaalmuur, geld moeten betalen, is ergerlijk. Daarom is het hartstikke goed dat de Hoge Raad vorig jaar belangrijke arresten voor 2000 is gaan publiceren op rechtspraak.nl. Weliswaar begon dat aarzelend met de arresten Lindenbaum/Cohen en Voorste Stroom, maar in het najaar 2019 werden tientallen respectievelijk circa honderd uitspraken van voor 2000 gepubliceerd (met name over huurrecht). Ook dit jaar zijn weer voor 2000 gedane uitspraken van de Hoge Raad op rechtspraak.nl gezet. Het valt te hopen dat de Hoge Raad daarmee doorgaat. Een mooie taak voor het wetenschappelijk bureau.
Hoe kwam Kluwer vroeger aan die uitspraken?
Roijackers heeft hier een interessant punt. Alle rechtspraak behoort tot het publieke domein en zou ook vrij toegankelijk moeten zijn, óók digitaal. Dat dit nu nog niet het geval is met de rechtspraak van voor 2000, heeft een logische, praktische verklaring. Van oudsher werd de rechtspraak gepubliceerd door Tjeenk Willink (nu opgegaan in Wolters Kluwer). Die kregen de uitspraken van de Hoge Raad en de conclusies van de AG’s via hun nauwe contacten met het parket. Traditioneel waren er één of meerdere AG’s die voor deze uitgever een selectie maakten van de belangrijkste uitspraken, ook ten behoeve van de NJ-annotatoren. Die kregen dan ook nog het dossier van die zaken ter inzage.
Dat was een nuttige en functionele samenwerking tussen het publieke domein (de rechtspraak) en de commerciële sector (Kluwer). Op die manier kon de beroepspraktijk beschikken over (min of meer) recente rechtspraak (Rechtspraak van de Week) en de geannoteerde versie daarvan in de Nederlandse Rechtspraak (NJ).
Maar de tijden zijn veranderd.
Hoe ziet de Hoge Raad het?
Geen advocaat heeft meer zijn hele wand gevuld met eindeloze rijen NJ en Rechtspraak van de Week. [redactie: Van Swaaij Cassatie & Consultancy heeft alle NJ’s van 1944 t/m 1999 in de kast staan en vult deze verzameling graag nog aan (1913 t/m 1943).] Alles gaat nu digitaal. Roijackers heeft helemaal gelijk dat het in strijd is met het beginsel van openbaarheid van rechtspraak dat de uitspraken van voor 2000 niet vrij toegankelijk zijn. Dat lijkt ook de opvatting van de Hoge Raad blijkens een bericht op zijn site van 15 september 2019:
„De Hoge Raad ziet het maatschappelijk belang van, en ook als zijn maatschappelijke taak in, het (gratis) online beschikbaar stellen van ‘oude’ (‘mijlpaal’) arresten van vóór het jaar 2000. In januari 2019 heeft de Hoge Raad aangegeven in dat jaar te willen starten met het publiceren van een aantal oude(re) arresten. In dat kader plaatste de Hoge Raad toen een zelf samengestelde lijst op de website met ruim 500 arresten. (…) In december 2019 publiceerde de Hoge Raad de eerste 150 ‘oude’ arresten. Het arrest Lindenbaum-Cohen is als eerste oude arrest gepubliceerd, op 31 januari 2019, omdat het arrest toen 100 jaar bestond. In mei 2020 volgde de publicatie van nog eens 75 oude arresten.
Veel van de inmiddels gepubliceerde arresten moesten worden opgevraagd uit het archief in Kampen en het Nationaal Archief in Den Haag. Deze arresten zijn vervolgens gescand en de handgeschreven arresten overgetypt, daarna zorgvuldig gecontroleerd, geanonimiseerd waar nodig en overgezet naar het systeem om ze te kunnen publiceren op rechtspraak.nl.
De Hoge Raad gaat de komende tijd verder met het digitaliseren van de belangrijkste oude arresten.
Tear Down This Wall!
Roijackers acht het een mooie taak voor het Wetenschappelijk Bureau van de Hoge Raad om al die oude zaken ook op rechtspraak.nl te zetten.
Ik heb een beter idee. De juristen van het WB hebben belangrijker dingen te doen. Mijn voorstel zou zijn om een goed gesprek te organiseren tussen Kluwer en Minister Sander Dekker (Grapperhaus is nu te druk met Corona) met als inzet dat Kluwer alle rechtspraak (uit de NJ) gratis digitaal beschikbaar stelt. Het is tenslotte zo dat de inhoud van die gepubliceerde rechtspraak – annotaties behoren hier niet toe – tot het publieke domein behoort, slechts op het zetsel en de opmaak heeft Kluwer een auteursrecht.
Een eeuw lang heeft Kluwer een goede boterham verdiend met het verkopen van publieke informatie die zij gratis kreeg van de Hoge Raad en zijn parket. (Daarom legt geen of nauwelijks gewicht in de schaal de eventuele tegenwerping dat de NJ meerwaarde heeft doordat de redactie destijds uitspraken van voor 2000 geselecteerd heeft voor publicatie in de NJ.) Het is nu tijd om iets terug te doen. Kluwer mag wat mij betreft op de site waar deze rechtspraak van voor 2000 – bij voorkeur gewoon rechtspraak.nl – nog wat reclame zetten bijvoorbeeld over de schat aan informatie (annotaties) die beschikbaar is achter de betaalmuur. Kortom een win-win situatie! De bal ligt nu bij Sander Dekker.