Foto.Terschelling

Terschelling, op het Groene Strand (foto iPhone 6s)

Terschelling. In de zaak die geleid heeft tot het door mij uitgelokte HR 17 januari 2014, NJ 2014, 61 (MEER) is na de vernietiging door de Hoge Raad van het arrest van het Bossche Hof in verwijzingsprocedure voortgeprocedeerd bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Dit Hof heeft gisteren arrest gewezen en alsnog het tot faillietverklaring strekkende vonnis waartegen het hoger beroep ingesteld was vernietigd. Het Hof oordeelde dat (ex nunc) getoetst niet „summierlijk”  van een steunvordering gebleken is.

Voor de vennootschap wier faillissement destijds door Unitco B.V. aangevraagd was, pleitten bij dit Hof mr. Stijn Stevens en ik. Mr. Stevens zette uiteen dat en waarom van een steunvordering geen sprake (meer) is. Ik hield dit Hof vervolgens voor dat niet al te spoedig aangenomen mag worden dat „summierlijk”  blijkt van het bestaan van een steunvordering. Daarbij wees ik op door mij uitgelokte arresten van de Hoge Raad die strekten tot vernietiging van een arrest van een gerechtshof waarin het bestaan van een of meer steunvorderingen aangenomen werd. Het Hof Arnhem-Leeuwarden heeft de nadruk gelegd op ‘blijkt’ en (gelukkig) niet op ‘summierlijk’.