Tijdens zijn colleges Burgerlijk recht III gaf mijn latere promotor, prof. mr. C.J.H. Brunner (dus: C.J.H.B. resp. CJHB in de NJ), steevast aanwijzingen omtrent het gebruik van de Nederlandse taal. Met deze rubriek,Taallesjes voor juristen, is beoogd om de fakkel over te nemen.

Zicht op de Waalbrug vanaf de Snelbinder op zondag 13 oktober jl. (foto SvS, iPhone 15 Pro Max)

 

Noviomagus.  Tot grote droefheid stemt me wat ik lees in een recent arrest van een gerechtshof : „Erflaatster was eigenaar met betrekking tot het woonhuis aan de [straat en huisnummer, SvS].”  Het moet (uiteraard) zijn ‘van het woonhuis’ (niet „eigenaar met betrekking tot een woonhuis”).

In een arrest van een gerechtshof lees ik dat de appellant in hoger beroep is gekomen van een mondelinge uitspraak die in de betreffende zaak gewezen is tussen geïntimeerden als eisers en appellant als gedaagde. Fout. Een uitspraak wordt niet gewezen, doch gedaan. Een arrest of een vonnis wordt gewezen. Een uitspraak wordt gedaan.

In een conclusie van de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad lees ik dat de betreffende procespartij gesteld heeft dat haar na het wijzen van de beschikking van de rechtbank iets duidelijk geworden is. Fout. Een beschikking wordt niet gewezen, doch gegeven.

Ook lees ik een conclusie van de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad dat het oordeel of een partij aan zijn stelplicht voldaan heeft nauw verweven is met waarderingen van feitelijke aard. Omdat ‘partij’ vrouwelijk is, had er (dus) moeten staan  ‘haar stelplicht’ (niet  ‘zijn stelplicht’).
Zo ook lees ik in een arrest van een gerechtshof dat de goede procesorde meebrengt „dat een procespartij zijn processtukken” zodanig dient in te richten dat deze voor de wederpartij en de rechter te volgen zijn.  Er had (dus) moeten staan ‘haar processtukken’.
Zo voorts lees ik in een beslissing van het Hof van Discipline dat mr. X „de zaak op zijn beloop gelaten” heeft. Omdat  ‘zaak’ vrouwelijk is, had er. moeten staan dat mr. X  de zaak op haar beloop  gelaten heeft.

In een recent arrest van een gerechtshof gaat het over „de verjaring van de vordering tot vernietiging van een leaseovereenkomst”.  Fout. Een rechtsvordering verjaart.

 
Suggesties voor deze rubriek, Taallesjes voor Juristen, kunt u mailen naar taallesjes@vscc.nl.

Pijnlijk is wat te lezen valt in een vonnis van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant van 5 juni 2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:3716: Problemen ten aanzien van (adequate) coping, emotieregulatie en onderliggend psychisch leiden  worden door de reclassering niet uitgesloten.”  Met enige overdrijving:  ik lijd daar psychisch onder.

Dit geldt ook voor een uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 25 juli 2023 (ECLI:NL:RBDHA:2023:11378), rov. 9.1), dat een pak is van hetzelfde laken: „Het feit dat iemand is overleden is op zichzelf geen onderbouwing van eiser zijn asielrelaas, omdat een overleiden allerlei oorzaken kan hebben en hieruit geen aanwijzing blijkt dat de vader door toedoen van de bedreigers is overleden. De beroepsgrond slaagt niet.” Het is (dus) overlijden.

Overigens blijf ik er aanstoot aan nemen dat in nogal wat door advocaten geschreven processtukken en in heel wat rechterlijke uitspraken, ook die van de Hoge Raad, geschreven wordt „feiten en omstandigheden”.  Dat is zoals in een eerdere aflevering van deze veelgelezen taalrubriek al aan de orde gesteld is als ‘dieren en honden’.  Het is beter om te schrijven ‘feiten’ of ‘feiten (waaronder omstandigheden)’.

Een link naar het vorige taallesje staat HIER.