Noviomagus. Wij juristen moeten zorgvuldig formuleren. Hetgeen wij schrijven, mag zich niet anders laten verstaan, dan wat wij beogen ermee tot uiting te brengen. Wat wij schrijven, mag niet voor tweeërlei uitleg vatbaar zijn. Gij zult als jurist eenduidig schrijven. Soms verslapt de aandacht. Een confrère schreef mij vorige week:
„{…} ik lees zo nu en dan met plezier uw blog.”
Wat bedoelde mijn confrère?
Ik schreef mijn confrère te hopen dat hij bedoelde (1) dat hij mijn blog zo nu en dan leest, en dit telkens met plezier, en (2) niet dat hij weliswaar steeds mijn blog leest, maar dit slechts zo nu en dan met plezier …
Het antwoord van mijn confrère
Het mooie antwoord kwam al snel, in de vorm van een dubbele ontkenning. Het hield in dat mijn confrère vooralsnog geen concrete herinneringen had aan blogs van mij die hij niet met plezier gelezen had.
Ondubbelzinnig
Mijn confrère had (dus) beter kunnen schrijven: ‘Ik lees uw blog zo nu en dan, en met plezier’ of ‘Ik lees uw blog met plezier’.
Het vorige Taallesje voor juristen
Een link naar de vorige aflevering van de rubriek staat HIER.
Reacties
Simon Kadijk
En hoe zit het dan met dat “gij zult”?
Is dat een gewone toekomende tijd? Of is dat een hebraïsme, dat via de Statenvertaling uit 1637 onze taal sterk heeft beïnvloed?
En is het gebiedend of kunnen we gewoon toe met ‘gelieve’ of ‘graag’?