Tijdens zijn colleges Burgerlijk recht III gaf mijn latere promotor prof. mr. C.J.H. Brunner (dus: C.J.H.B. resp. CJHB in de NJ) steevast aanwijzingen omtrent het gebruik van de Nederlandse taal. Met deze rubriek, Taallesjes voor juristen, is beoogd om de fakkel over te nemen.
Noviomagus. Zondag was ik bijna de ganse dag op kantoor om te werken aan een schriftelijke toelichting op een conclusie van antwoord die strekt tot verwerping van een ingesteld cassatieberoep. Zo’n conclusie bestrijkt doorgaans slechts één A4-tje. In voornoemde toelichting zette ik uiteen waaròm het cassatieberoep in casu verworpen moet worden. Afgelopen zondag – en ook al eerder -, maandag, dinsdag en vandaag nog tot in de tweede helft van de middag was ik ermee bezig. De definitieve versie bestrijkt meer dan 50 bladzijden, welke omvang ook voor mij tamelijk uitzonderlijk is. Vanavond liep ik rond 19.00 uur Meesterschenkerij Café Jos binnen. Kort daarna bestelde ik hier een herfstbock van Hertog Jan – was er echt even aan toe – en las ik hier de Volkskrant.
Arnon Grunberg
Op de voorpagina stond wederom de compacte rubriek Voetnoot van Arnon Grunberg. Ik las:
“Toen ikzelf 3 was verliet mijn moeder het echtelijke bed en kwam bij mij in de kamer liggen.”
Ik vraag me af of het te dezen om juist taalgebruik gaat. Moet het namelijk niet als zijn ‘Toen ikzelf 3 was verliet mijn moeder het echtelijke bed en kwam zij bij mij in de kamer liggen’?
Weliswaar zou een tegenwerping kunnen zijn dat uit de context duidelijk wordt dat Arnons moeder ‘bij mij’ in de kamer kwam liggen. Maar maak van de hiervóór geciteerde zin eens dit:
“Toen ikzelf 3 was verliet mijn moeder het echtelijke bed en ontdekte dat limonade lekker is.”
Hier kan uit de context niet opgemaakt worden wie (Arnon of zijn moeder?) ontdekte dat limonade lekker is. Daarom moet na ‘ontdekte’ vermeld worden wie het ontdekte.
Ik kan het mis hebben, maar houd het erop dat sprake is van een (tekstuele) misser van Grunberg.
Eerder schreef ik in dit bericht:
” Kort daarna bestelde ik hier een herfstbock van Hertog Jan – was er echt even aan toe – en las ik hier de Volkskrant.”
De tweede ik in het laatste citaat is, dunkt mij, nodig.
Link naar vorig taallesje
Een link naar aflevering 31 uit deze serie staat HIER.
Reacties
Jan Arkesteijn
Recent vond ik deze Taallesjes en ik ben ze nu aan het lezen. Allereerst dank voor deze parels. Ik ben geen woordkunstenaar, maar geniet hier evenzeer van. Ze zijn ook te mooi om niet eens te reageren.
Zou het in bovenstaand citaat niet moeten zijn: ”Kort daarna bestelde ik hier een herfstbock van Hertog Jan – was ik echt even aan toe – en las ik hier de Volkskrant.”?
Zou het bockbier eraan toe kunnen zijn besteld te worden?
Dat het woord “hier’ wordt gebruikt, in plaats van “daar”, betekent dat dat deze blog tijdens het verblijf in Meesterschenkerij Café Jos geschreven is?
Tot slot, het lijkt met name in het oosten van Nederland gebruikelijk te zijn overmatig vaak het woordje “er” te gebruiken – daar maak ik mijzelf overigens ook schuldig aan. Hoe ervaart u dat?