Noviomagus. Ton Hartlief staat in zijn Vooraf in de NJB-editie van komend weekend stil bij de preadviezen voor de Vereniging voor Burgerlijk Recht van Ivo Giesen, Elbert de Jong en Roel Schutgens. Deze adviezen gaan over de spankracht van de burgerlijke rechter. Deze heeft zich de afgelopen jaren verschillende malen moeten buigen over zaken waarin een maatschappelijk probleem centraal stond. Denk daarbij aan klimaatverandering (Urgenda en Shell), het terughalen van IS-vrouwen, de moord op moslimmannen na de val van Srebrenica, de positie van levenslanggestraften en de Groningse aardbevingsschade. In dit type zaken kloppen rechtzoekenden aan bij de burgerlijke rechter, omdat zij geen gehoor vinden bij de uitvoerende en de wetgevende macht. Zij hopen dat de rechter een oplossing kan bieden. Maar het is de vraag of de rechter de hooggespannen verwachtingen kan waarmaken, aangezien zijn instrumentarium beperkt is.
De stemming is anders bij de afwikkeling van massaschade, bijvoorbeeld bij Groningse aarbevingsschade en woekerpolisschade. Daar voert frustratie de boventoon, omdat het niet wil lukken om tot een efficiënte schadeafwikkeling te komen.
Het schadevergoedingsregime van afdeling 6.1.10 BW is vooral gericht op de vaststelling van schade in een concreet geval en leent zich niet goed voor toepassing op massaschadeclaims. Het is daarom het overwegen waard om de rechter een handje te helpen door in deze afdeling, die nu nog op schadeafwikkeling tussen individuele schuldeiser en schuldenaar gericht is, ruimte te creëren om in een massaschadezaak (vormen van) standaardisering toe te passen. Dan heb je in één huis twee vormen van schadeafwikkeling. Een gestandaardiseerde vorm van schadeafwikkeling (‘confectie in plaats van maatwerk’) zou kunnen bijdragen aan de vergroting aan de spankracht van de burgerlijke rechter, zo betoogt Hartlief.
Lezing van Hartliefs Vooraf zij van harte aanbevolen. Een link staat hier: https://njb.nl/blogs/de-spankracht-van-de-burgerlijke-rechter/.