Noviomagus. Mijn blogbericht van 20 september jl. betrof onder meer de verwerping eerder die dag door de Hoge Raad van het door de Nationale Politie ingestelde cassatieberoep in haar zaak tegen de gedupeerden van het schietincident te Alphen aan den Rijn op 9 april 2011 (Tristan van der Vlis). MEER
Verzoek om mondeling pleidooi
Pleiten pleegt in cassatiezaken slechts bij (hoge) uitzondering te gebeuren, zeker indien het niet gaat om IE-zaken. In casu heb ik niettemin verzocht om – flankerend aan de door mij te geven schriftelijke toelichting – mondeling te mogen pleiten. Zo schatte ik in – ik schreef het in een brief aan de rolraadsheer – dat (sommige) argumenten die pleiten voor verwerping van het cassatieberoep extra gewicht zouden krijgen indien zij ten overstaan van de Hoge Raad en in aanwezigheid van de gedupeerden (onder wie nabestaanden en slachtoffers met blijvend letsel) in de zaal naar voren gebracht zouden worden.
Het pleidooi
Het pleidooi vond plaats op vrijdag 18 januari jl. in de mr. J.L. Visserzaal. De zitting van de Hoge Raad ving aan om 10.00 uur. De avond ervoor was ik alvast afgereisd naar Den Haag teneinde niet in de vroege ochtend van het pleidooi nog de reis te hoeven aanvaarden met kans op te lange vertraging van dien. Ik overnachtte in hotel Des Indes. Op (korte) loopafstand van het gebouw van de Hoge Raad aan het Korte Voorhout.
Ten overstaan van ’s Hogen Raads vice-president mr. C.A. Streefkerk en vier raadsheren alsmede de plaatsvervangend-procureur-generaal hield ik mijn pleidooi. Zoals bij een goede voorbereiding hoort, was ik reeds enkele dagen tevoren bekend met de namen van Edelhoogachtbaren ten overstaan van wie ik zou pleiten.
De mr. J.L. Visserzaal zat vol. Dit niet alleen omdat veel van de gedupeerden aanwezig waren, maar ook omdat er studenten van verschillende rechtenfaculteiten bij aanwezig waren.
Het pleidooi voor de gedupeerden duurde drie kwartier. Mr. John Beer heeft circa acht minuten voor zijn rekening genomen. Daarna repliceerden mr. Beer en ik nog.
De ‘winnende’ pleitnota – open acces
Het is niet na te gaan in hoeverre het gegeven dat mondeling gepleit is, bijgedragen heeft aan de overwinning van de gedupeerden. Hierbij zij bedacht dat de Hoge Raad pas over een zaak gaat beraadslagen nadat de Procureur-Generaal een conclusie genomen heeft. In casu is dit relatief snel gebeurd, namelijk reeds op 26 april jl., maar er zaten (dus) ruim drie maanden tussen het pleidooi en de conclusie.
Een link naar mijn – wat ik toch maar noem – ‘winnende’ pleitnota (geanonimiseerd) staat HIER.
Ten slotte: een „laf” vonnis
Soms is het beter om niet op papier te zetten wat je vindt, maar om het alleen te zeggen. Zo noemde ik het in deze zaak ten nadele van de gedupeerden gewezen vonnis van de Haagse rechtbank „een laf vonnis” , maar die kwalificatie staat niet ook in mijn pleitnota.