Waalbrug.Valkhof - - van Swaaij Cassastie & Consultancy - cassatieadvocaat - cassatie advocaat

Zicht op de Waalbrug vanaf het Valkhof, afgelopen zondagmiddag (foto SvS, iPhone 12 Pro Max)

 

Noviomagus. In de eerste editie van het Nederlands Juristenblad van 2013 (blz. 20) stond een door mij geschreven stuk met als kop Maak gehakt van beperkingen omvang processtukken. Bij die beperkingen ging het om het Procesreglement voor de civiele dagvaardingszaken van de Arnhemse Rechtbank, volgens hetwelk de omvang van een dagvaarding of conclusie, kort gezegd, niet meer dan 15 bladzijden mocht zijn.

In het Vooraf van de NJB-editie van komend weekend schrijft Tom Barkhuysen dat „Van Swaaij opriep gehakt te maken van het Arnhemse experiment (NJB 2013/6). Dat gebeurde uiteindelijk ook {…}”.  Zo schreef ik in die oproep: „Het is ongehoord – wellicht in Rusland heeft de rechter een dergelijke bevoegdheid –”  dat in art. 2.4.2. van dat Procesreglement bepaald werd wat daarin bepaald was.

Toch weer een limiet, per 1 april a.s. …

Zoals Barkhuysen in dit Vooraf schrijft, hebben de gerechtshoven aangekondigd  dat per 1 april a.s.  een bladzijdenlimiet zal gaan gelden die inhoudt dat, kort gezegd, in civiele dagvaardingszaken memories van grieven en antwoord (maximaal) 25 bladzijden mogen beslaan.

De kernvraag

De kernvraag is volgens Barkhuysen of zo’n limitering als antwoord op de trend van steeds langere processtukken wel het juiste antwoord is. Hij wijst – terecht – op zowel onder meer het risico dat niet in alle gevallen gewaarborgd is dat iemand zijn zaak in volle omvang aan de rechter kan voorleggen (art. 6 EVRM), als het feit dat  aan de invoering van die limitering geen duidelijke oorzakenanalyse ten grondslag ligt.

Eerst goed kijken naar plausibele oorzaken en alternatieven

Barkhuysen schetst plausibele oorzaken waar eerst een goed naar gekeken moet worden. Voorts zijn er volgens hem goede alternatieven voor zo’n limitering beschikbaar.
Barkhuysen komt tot de conclusie: „Pas wanneer deze alternatieven onvoldoende soelaas bieden en de oorzakenanalyse dat rechtvaardigt, zou structureel tot een ingrijpende maatregel als maximering van de omvang van processtukken moeten worden overgegaan. Deze zou dan tevens een fatsoenlijke wettelijke basis moeten krijgen”  Hiermee ben ik het van harte eens!

Gecomprimeerd en piramidaal schrijven

Waalbrug.Valkhof - - van Swaaij Cassastie & Consultancy - cassatieadvocaat - cassatie advocaat

 

Dat processtukken eigenlijk altijd lang zouden moeten zijn bepleit ik niet. Wèl wijs ik er op dat een maximum van 25 bladzijden lang niet altijd toereikend is, ook niet als het om een gecomprimeerd en piramidaal geschreven processtuk gaat. Op het schrijven van zo’n processtuk zal ik op deze blog nog aandacht besteden.

Alvast dit. Niet zelden word ik benaderd door advocaten om een concept van een memorie van antwoord of grieven in het kader van appèlconsultancy van commentaar te voorzien en, waar nuttig, mee te schrijven. Dit bijvoorbeeld ook bij wijze van ‘anticipatie op cassatie’. Vaak geef ik mijn opdrachtgever in overweging niet alleen om een of meer essentiële stellingen nader uit te werken en te onderbouwen, maar ook om minder wollig te schrijven. Ik reik tevens suggesties aan om het concept (ook anderszins) beter behapbaar te maken. Daar bestaan vaak genoeg mogelijkheden voor.

Mijn bevinding is dat je met 25 bladzijden vaak een heel eind kunt komen, maar dat dat lang niet altijd zo hoeft te zijn.

Ten slotte

Lezing van genoemd Vooraf zij van harte aanbevolen. Een link ernaar staat HIER.